Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [19]hij zond wederom tot hem een anderen hoofdman van vijftig met zijn vijftigen. Deze [20]antwoordde en sprak tot hem: Gij, man Gods! zo zegt de koning: Kom haastelijk af. 19. Namelijk, de koning. Hebreeuws, hij keerde weder en zond; dat is, hij zond wederom. Alzo vs.13. Zie Num.11:4. 20. Dat is, hij ving aan uit te spreken dat hij vanwege den koning den profeet Elia had aan te zeggen. Zie 1 Kon.13:6.